Koning, ik benijd je niet.
Zo machteloos en kwetsbaar als je bent.
leder die in jou een doelwit ziet.
Ik denk, dat zoiets eigenlijk nooit went.
De hele wereld lijkt wel om jou te draaien,
maar alles wat je mag doen is vriendelijk zwaaien.
Een stap verkeerd of een ontglipte scheet
en de hele wereld weet onmiddellijk wat jij deed.
Men schrijft je tot in details voor wat je doen moet,
maar zelfs de koning is een mens van vlees en bloed.
Zeg eens eerlijk, koning, denk jij stiekem nie
zo af en toe: “Weg met de monarchichie” ?
Nooit zie ik je opgetogen.
Je ellende staat te lezen in je ogen.
Dat weet je, dus je draait je hoofd snel om.
Als ik je aanspreek hou je je doofstom.
Je werpt je als een bezetene op het schaken,
want dan hoef je niet te denken aan andere zaken.
Je verslaat me en je glimlacht even.
Je wint je schaakpartij, maar in het leven
sta je grandioos verloren.
Je hebt jezelf opgesloten in je toren.
Een echte schaker moet een schuinsmarcheerder zijn:
een flinke zuiper en zijn buik niet al te klein,
in voor gezelligheid en voor een goeie schuine bak
en aan wat er morgen zal gebeuren heeft hij het lak.
Van iedere dag in het leven weet hij te genieten,
of de Zon nu schijnt of het pijpen staat te gieten;
schaken en zuipen doe je immers binnen.
Al heeft hij dan vandaag niet kunnen winnen,
altijd valt er op succes te hopen
en van kroeg tot kroeg te lopen.
Kijk, hoe onbetekenend en klein de pionnetjes lijken te zijn.
Velen van hen geloven het wel en sneuvelen al vroeg in 't spel.
Anderen lijken goed vooruit te gaan, maar lopen vast en komen stil te staan.
Maar heel af en toe gaat er niets verkeerd en maken we mee dat een pion promoveert.
Soms is dat een andere pion dan wij dachten,
een waarvan we het helemaal niet verwachtten.
Verwaarloos dus beslist de kinderen niet
waar je zo gauw geen talent in ziet!