"Check This Out!" door Kees van Hogeloon
SV Eeuwig Schaak
Wel of geen rokeerverbod
Het rookverbod in cafés doet in Nederland heel wat stof opwaaien. De rokers onder de schakers zijn er al langer aan gewend om het even zonder nicotine te stellen. Waar in de jaren '70 een zaal met schakers gegarandeerd een dampend rookhok was, waar de stukken door de rookwalm amper meer te zien waren, zijn rokende schakers tegenwoordig in de minderheid en is schaken steeds meer een rookvrije sport geworden. Roken tijdens het schaken was al bijna helemaal uitgebannen; nu mag het dus ook niet meer aan de bar. Zware tijden voor de rokers, de niet-rokers kunnen vandaag de dag wel letterlijk opgelucht adem halen.
Erger dan niet te roken is het voor een schaker om niet te kunnen rokeren. Voor de niet-ingewijden in het schaakspel: rokeren is een unieke zet in het schaakspel, want het is de enige zet waarbij twee stukken tegelijk verplaatst worden, namelijk de koning en één van de torens. Bij het rokeren wordt één van de torens naast de koning gezet, waarna de koning over de toren heen springt. Omdat een koning, die over een toren heen springt (ziet u het koningin Beatrix al doen?) een wat raar idee is, wordt het ook wel als volgt omschreven: de koning gaat twee velden naar links of rechts en vervolgens wordt de toren aan de zijde waar de koning naar toegaat er naast gezet. Rokeren met de toren op de h-lijn heet "kort rokeren"; rokeren met de toren op de a-lijn heet "lang rokeren". Door te rokeren staat de koning in één klap een stuk veiliger. Toen het rokeren nog niet was ingevoerd, deden schakers er vaak zettenlang over om hun koning eerst in veiligheid te brengen en de toren te ontwikkelen. Door het rokeren in te voeren werd het spel een stuk sneller.
Rokeren is niet altijd toegestaan. Een speler mag alleen rokeren als:
- er geen stukken tussen de koning en de toren staan.
- zowel de koning als de toren waarmee wordt gerokeerd nog niet van hun plaats zijn geweest.
- de koning niet schaak staat.
- de koning tijdens het rokeren niet over een veld komt dat door een vijandelijk stuk wordt bestreken en zichzelf door te rokeren niet schaak zet.Kijk bijvoorbeeld eens naar de volgende stelling:
Wit mag niet kort rokeren, want het veld f1 wordt door de zwarte loper op b5 bestreken. Tijdens het rokeren komt de koning dan even schaak te staan en dat mag niet. Wel mag wit lang rokeren. De toren op a1 wordt aangevallen, maar dat is geen bezwaar. Ook dat het veld b1 door het zwarte paard op a3 wordt bestreken is niet erg: de koning komt er niet langs tijdens het rokeren.
Anno 2008 krijgt een schaker meer gelegenheid om te rokeren dan om te roken, maar ach… rokeren is ook een stuk gezonder dan roken!Voor meer informatie over Eeuwig Schaak: home.concepts.nl/~mkoek.
Dit stukje verscheen op woensdag 1 oktober 2008 in Weekblad De Rucphense Bode."Check This Out!" Archief